KutBinnenlanders.nl

Dag: 26 augustus 2013

Uit liefde voor een planten-eter

Uit liefde voor een planten-eter

Je komt door de velden, spoedt je door gras

hakt je door menselijk naar een wenselijk ras

dat onderweg naar haar de mooisten uit de landeren plukt

om je wereld te veranderen in het grootste geluk.

   Mijn been, mijn poot, mijn steel is gebroken

   om liefde te stoken in andermans hart

   Toi toi toi, succes, break a leg en ga koken

   bereid me voor, maal Tijd om mijn smart.

Je trekt door de wereld, herademt vervuild

en zingt naar de wolken tot haar lucht naar je huilt

blaast al lucht-knuffelend het bos van de sokken

tot jouw godin je onderscheidt van de bokken.

                         (refr.)

Diner voor twee, alles, voor één omelet

Spaar om ons de hamster en spek niet haar zorgen.

Nieuw snufje nootmuskaat, met haar eitjes naar bed

Kom kommer je niet om ons en peer em voor morgen…

                          (refr.)

 

Met links geschreven

Met links geschreven

Die kogel kwam van links

maar ik liet hem voorgaan…

geen kunst en er weer aan.

Ik schrijf dit in de kelder

van het hospitaal

en de moordenaar zit er bellend

naast

kijkt over mijn rug mee en smaalt:

‘Is het in mijn moedertaal?

(hij doopt de pen nog eens

op het hart, drukt door)

Is het, zoals het is geweest?

Ben jij er eigenlijk wel geweest?

Is het iets voor allemaal?

Voor alle taal in koor?

Is het iets toevalligs, goed

voor mijn eindfeest?’

En ik kom aan, vertrek

bij het begin van deze eind-

het meest nog –

zin in een patatje oorlog – smikkelsmek!  –

Of iets in die geest…

 

Dit is mijn lichaam

Dit is mijn lichaam

We hadden ruzie

ze kon haar gezicht

niet meer laten zien

en toen wilde ze

opnieuw een fusie

die ik haar

een maaltje of tien

steeds weer zak

steigerend weigerde

tot zij die trok

over haar kop

en tastend naar die lul

mij toen zeide:

‘Dit is mijn lichaam…’

ging door de knieën

kroop waar het niet ging

mijn ding, dat knielde

in vergeving in

en we leefden tesaam

op aan mijn kruis

erin en eruit en nu weer

eruit en samen thuis.

 

Nieuwe muze

Eerste muze

 

Ik heb jouw geest, jouw levenswerk

in mijn velletjes uitgestort

Het bleek, omdat het nog steeds

en dan te kort wordt

een te sterk verhaal dat schort

en op papier verdort.

 

Misschien, als jij nog één keer naakt

als ik nog één maal uit jouw Geest opmaak

Misschien een joint, een pint absint

of heel veel glaasjes port?

Ik zie jou, muze, toch al niet vaak

Wellicht dat het nu, alsnog iets wordt.

 

Jij belichaamt mijn werk toch eenzaam

Ik zelf kom er nauwelijks meer in voor

Je stuurt mijn pen in en uit mijn naam

Wat stel ik voor als ik jou niet hoor?

 

Ik heb jouw lijf nog nooit aanschouwd

of aangeraakt, bezeten

Misschien een keertje samen eten?

Om te bespreken wanneer je mij voor gezien houdt.

 

Ik ben maar schrijver, jou niet vaardig

Misschien dat Mulisch, Wolkers wellicht

Hoe teken je dat beeld

schrijf je licht waardig

Hoe schep je vorm in jouw gezicht?

 

Ik voel je, ik beoog, behoor je te spreken

sta op van mijn kruis om passie te preken

Vaders bevrijend om moeder te wreken

ik heb de inhoud nu toch es goed bekeken

Muze, lief, ik laat je gaan.

 

Nooit ontslagen, genezen je gekte

Een vreemde vogel die mij te veel bekte

Ik heb een ander, dat mag je best weten

in een nieuw jasje, ik trek jullie beiden aan

Veel plezier: de eerste te daten

muze op de maan!

 

Ik heb er oog voor

Ik heb er oog voor

Die geamputeerde zit

met  het verkeerde been omhoog

De bankzitter haalde brons

uit een potje bal met regenboog

Dat doktertje wil mijn derde oksel

vullen

‘k heb hem nog gezoogd!

Mensen zijn zo onbetrouwbaar

Oh staar, neem niet mijn derde oog

Ik weet het gewoon:

je loog…!

 

De schrijver blijft

De schrijver blijft

De bouwvakker, die gaat ooit naar huis

De timmerman krabt, zich voor zijn kop slaand

aan zijn kruis

De hoer verdient nog een paar tientjes voor haar schaamluis

De schrijver blijft, waarom?

Om te schrijven.

De priester gelooft in het kop

van wisselaar en zijn dochter, die er munt uit slaan

en er dan op

met de kogels door de kerk

waarmee het mensje weer Maria schopt

De schrijver blijft, waarom?

Om te schrijven.

Schrijven is achterblijven tot op het bot

En als artritis in de vuist grijpt

gebald tegen gespeelde pot

en de lezer het boek dicht slaat

en nieuwe stigmata’s in zijn God

blijft de schrijver, onbezonnen

om te schrijven.

Men kan fantasie en zinnen kopiëren

computers verwekken om ze

herscheppen te laten studeren

want ook kunstenaars leven

naar kunstjes, aan en af te leren

Schrijven blijft, waarom?

Om te schrijven.

Wanneer is deze tekst af, het liedje uit?

Als alle beweging stopt en

ook de wind ligt, nooit meer fluit

als het heelal niet meer uitdijt

en ik sterf als ik op die leegte stuit

Maar het Woord leeft nog, waarom?

Ben vergeten het af te schrijven…

 

© 2023 KutBinnenlanders.nl

Theme by Anders NorenUp ↑