Ik was laatst op bezoek bij ’n vrind. Uit hoofde van zijn privacy zal ik ‘m aanduiden met de naam ‘Rene van D.’
Er was substantieel iets niet pluis in dat huis. Ik kon er echter de vinger niet achter krijgen. Was hij zijn lief kwijt? (Dat kon moeilijk, daar hij op dat moment geen lief de zijne mocht noemen.)
Was hij zijn betrekking kwijt? (Dat kon moeilijk, daar hij op dat moment geen betrekking bezat.)
Was hij zijn schatje Blini kwijt? (Dat kon moeilijk, want ze lag spinnend op de sofa).
Bezorgd staarde ik naar de wat verwarde man, die op zijn knieën door zijn huiskamer kroop.
‘Gast, was ist los?’, vroeg ik in mijn beste als-we-de-oorlog-verloren-hadden-Nederlands.
‘Ach, weet je,’ antwoordde Rene, ‘ik zoek al drie kwartier tevergeefs naar mijn accent aigu.’
Reactietjes