“Stel. Er bestaat, vanuit een politiek initiatief, een culturele titel. Ik neem maar een wijkdichter als voorbeeld. Het bestuur heeft de titel van wijkdichter opgestart en aan iemand toegekend. Maar bij nader inzien blijkt dat een persoon die zich onhandige uitspraken laat ontvallen. Standpunten inneemt die de voedende hand bijten. Dat is uiteraard dan een politiek onwensbare situatie.”

Hij had in een daas de deur gesloten, zich omgedraaid en naar de boeken op de grond gestaard. Daarna had hij in dezelfde daas een pad naar zijn raam gelopen. Hij hervond de grip op zijn gedachten en merkte dat hij naar regendruppels staarde die strepen op zijn ruit trokken. DeWolksvaeghe, vermoord ! En niet zomaar vermoord, maar als een luid sprekende boodschap gedumpt voor het stadhuis. Het viel amper te bevatten. DeWolksvaeghe had vrijwel geen vijanden. Hij kon zich niemand voorstellen die hem dood zou willen.

En dan was er die bamboe pen. Hij kon zich geen beeld vormen hoe in godesnaam iemand vermoord werd met behulp van een bamboe vulpen. Maar het was gebeurd en gezien de ongewone natuur van het moordwapen moest dat toch beschouwd worden als een aanvullende boodschap, een zeer belangrijke aanwijzing.

Hoe meer hij erover nadacht, hoe meer het woord resoneerde in zijn kop. Bamboe.

Cees had weer een begrijpende knik gegeven. De man vervolgde: “Wat wij van jou vragen is om titels die teveel risico’s met zich meebrengen, te….. devalueren.”
Cees had zich zoveel mogelijk de uitstraling aangemeten van iemand die het kan volgen, maar hij snapte er eigenlijk geen mallejota van. Vroeg deze man hem nu om ‘titels’ te gaan ‘devalueren’ ? Hoe devalueer je in vredesnaam een titel ? Hij was tot dusver een vrij onopvallend bezoeker van open podia en andere dichtersavonden geweest en enkele keren wat te ingewikkend doorwrochten gedichten ten berde gebracht die niet veel indruk hadden gemaakt. Waarom deze man dan ook juist hem uit had gekozen voor deze ronduit bizarre taak was hem een raadsel. Een volstrekt, volledig, verwarrend raadsel.

Maar ergens intrigeerde het hem enorm. Een titel devalueren.

Wat moest hij zich voorstellen bij een bamboe vulpen ? Zou dat een kalligrafeerpen zijn wellicht ? Of een heuse vulpen, gevoerd in een bamboe omhulsel ? Hij besloot dat hij absoluut meer informatie moest zien te achterhalen. Wellicht via die jonge agente die hem nu al dit verteld had. Of nee, wacht. Hij moest Albert de Muskiet hebben. Die wist zeker meer. Albert wist altijd meer.

 
René van Densen
René van Densen
René van Densen (1978) is een cynische dromer, een lachende pessimist, een realistische romanticus, een honklosse kluizenaar, een intelligente mafkees, een bedachtzame schreeuwer, een podiumschuwe polderpoëet, ex-nachtburgemeester van Tilburg, ex-striptekenaar, ex-schrijver, ex-webdeveloper, ex-vuilnisman, ex-kind en ex-volwassene, ex-burger, en kattenpapa van een Gentse terror kitten. Eerste Nederbelg die toetrad tot de Wolven van La Mancha. Maar is uiteindelijk niet zo van de collectieven. U treft hem uitsluitend in vrouwonvriendelijke omgevingen aan, en die nieuwe roman van hem komt ook nooit af. Werd al eens omschreven als "onbegonnen werk" door een prachtige blondine.

www.renevandensen.nl
Meer René op Facebook !