Kort na al het rode geweld – alles weer geteld – drijven er talloze veelbelovende beloftes in het kanaal. Ondankbaar afgedankt. Maar dan heeft men buiten mij gerekend. Werkeloosheid maakt creatief. En een groot vangnet is zo gemaakt. Nee, dat hoef ik niet te kópen, een paar losse eindjes aan elkaar krijg ik nog wel geknoopt.
Behendig vis ik de beloftes op de kade en laat ze uitdruppen. Kleffe beloftes, daar heb je niks aan. Die kweken wantrouwen. Straks gaat de hele boel in een krat mee naar huis en hang ik ze nog even aan een drooglijn. Knisperend en droog moeten ze zijn, de beloftes. Ik ben blij dat ik er vlug bij was, uit de wijken komen er nog wat gegadigden met schepnetten naar het kanaal gelopen. Ik heb de mooiste beloftes al bijeen.
De truc is een belofte zo op te knappen dat hij weer als nieuw oogt. Dan kunnen ze de volgende keer gewoon gerecycleerd worden, en het volk zal vergeten zijn dat deze belofte al een tijdje meeloopt. Dat doet er ook niet toe. Het rode geweld, dat doet er toe. Dat is het enige dat telt. Tevreden voel ik met mijn hand hoe de beloftes snel drogen vandaag.
Reactietjes