KutBinnenlanders.nl

Maand: oktober 2013 (Page 1 of 5)

Pubquiz

De Opperpater kijkt verbaasd om me te zien. Ik heb al lang niet meer met de pubquiz meegespeeld. Hij telt de mensen in zijn team. Met hem erbij zijn het er vijf. Met mij erbij zes. Zes mensen mogen niet in een team, tenminste, tenzij ze buiten mededinging mee willen strijden. Dat wil de Opperpater niet. De Opperpater speelt keihard. Hij moet en zal winnen. Als hij niet wint, is hij er de hele week sjacherijnig van. Niet dat je dat ziet. De Opperpater lacht eigenlijk altijd.

De Opperpater belt de politie. Hij geeft hen een tip dat één van zijn teamleden verantwoordelijk was voor de destructieve herfststorm van vandaag. De storm heeft half Nederland gesloopt. De Nederlandse politie gelooft tegenwoordig alles, dus arriveren bij het café met acht politiewagens en hitsige zwaailichten. Het teamlid wordt met kracht tegen de grond geduwd en in de boeien geslagen. Dat wordt brommen. Het teamlid is consistent nutteloos in de muziekronde, dus ben ik blij dat de Opperpater toch liever mij aan boord heeft. Ik schuif bij het team aan.

Net vóór aanvang van de pubquiz, loopt er nog een onverwacht teamlid binnen. Dit teamlid is enorm goed in muziek van de jaren 70. Ik kijk angstig naar de Opperpater en zie dat hij al een plannetje smeedt. Ik weet niet voor wie. Een zweetdruppel parelt langs mijn voorhoofd.

 

Herfststormherinnering

Om 06:06 schrik ik wakker van het geweld buiten en de windstoten tegen het raam. Buiten stormt het, de regen striemt m’n slaapkamerraam, het regenwater loopt in stroompjes langs het raam weg. Het is de herfststorm die was voorspeld door de meteorologen. Wanneer ik in mijn nog donkere kamer door het venster naar buiten tuur zie ik in de duisternis de silhouetten van de bomen hevig door elkaar geschud worden. In die bomen, weet ik, heeft een eksterpaar hun nest. Zullen ze nu thuis zijn?, vraag ik me stilletjes af. Of hebben ze een beter beschutte plek opgezocht?

Mijn gedachten dwalen af en ineens ben ik weer 16 jaar oud en ik word ruw gewekt door de onverbiddelijke wekker op m’n nachtkastje, het alarm krijst genadeloos door m’n tienerkamer. Het is tijd voor m’n krantenwijk. Ik bezorg het Brabants Dagblad, een ochtendkrant, in een aangrenzende wijk. Buiten stormt het hevig. Mijn heerlijk zachte en warme bedje is erg verleidelijk en nodigt me uit te blijven liggen. De gedachte dat ik even later met de slaap nog in m’n ogen de krant moet bezorgen, in weer en wind, wordt met de seconde minder aantrekkelijk. Heel even schiet de gedachte door m’n hoofd om Jan, de krantenverdeler, te bellen en mezelf ziek te melden. Maar ik weet al direct dat hij zo’n plotselinge ziekmelding zou wantrouwen; zeker met dít weer. Met het lood in m’n schoenen kleed ik me aan en begeef me naar de krantenverdeelplaats.

Wanneer Jan me ziet, zie ik iets van opluchting op zijn gezicht. “Gelukkig, jij bent niet ziek”, zegt hij. “Ik heb al drie ziekmeldingen gekregen!” Ik haal m’n schouders op en begin met de grootst mogelijke tegenzin ooit aan m’n krantenwijk in de stromende regen terwijl de wind me een paar keer bijna van m’n fiets blaast. Bah, ik haat deze krantenwijk!, denk ik bijna hardop in mezelf. Een aantal kranten zijn doorweekt wanneer ik ze door de brievenbus probeer te proppen. Mensen beseffen niet hoe vernietigend brievenbusborstels zijn wanneer de krant vochtig is. Ik maal er niet te erg om, wetende dat ik de volgende dag toch ook wel weer klachten zal terugvinden op de pakbon bij mijn stapel kranten. Abonnees die klagen over een natte of gescheurde krant. Ze weten toch dat het regent en dat zij zelf van die klotige brievenbusborstels hebben!?

Ik kom terug uit m’n gedachte, ik ben al lang geen 16 jaar meer en ik ben dolgelukkig dat ik nu niet met dit weer naar buiten hoef. Deze herfststorm was reeds dagen geleden voorspeld en dus heb ik mijn voorzorgsmaatregelen getroffen door onder andere mijn boodschappen allemaal al in huis te hebben gehaald. Even voel ik wel mee met de krantenbezorgers die nu nog door de donkere straten rijden. Zij worden genadeloos gegeseld door de wind en zijn vast doordrenkt door de hevige regenval. Met een zware fietstas op hun bagagedrager rijden zij door Tilburg en ook zij zullen natte en gescheurde kranten bezorgen.

 

Beveren

Zal ik gewoon
Verdwijnen
Te Beveren(Waas)

Telefoon en
Laptop
Achterlaten

En lopen tot
De ochtend
Te Beveren(Waas)

Zal ik gewoon
Opnieuw beginnen
Te Beveren(Waas)

In het hol van Pluto
In het midden van niets
Met niets. Niets.

In een vreemde plaats
In een vreemde tijd
Te Beveren(Waas)

Zal ik gewoon
Uitstappen
Te Beveren(Waas)

Maar mijne kat dan
En mijn vrienden
En al dat men leven noemt

Al dat is er niet
Vermoed ik toch
Te Beveren(Waas)

 

Kinderpostzegels

Een wat oudere column (2012) die ik toch nog graag wil delen met de lezers.


Zojuist stond een klein lief meisje bij mij aan de deur om kinderpostzegels te verkopen. Volgens mij schrok het arme kind zich een hoedje!

Thuis loop ik graag op blote voeten, in comfortabele kleding. Dit betekent: een lange boxershort en een t-shirt. Daarnaast ben ik ook nog eens ongeschoren en heb ik dus inmiddels een aardige baard gekweekt. Vóór mij staat een meisje van waarschijnlijk een jaar of acht, met een klein rond brilletje op, erg verlegen dat met een piepstemmetje vraagt: “wilt u kinderpostzegels kopen?”

Continue reading

 

Ochtend

Als ik ’s ochtends de gordijnen opendoe, blijkt daar Miley Cyrus mijn slaapkamerraam te staan te twerken. Ondanks het vroege tijdstip twerkt ze er danig op los. Ze heeft niet veel aan. Mijn wijk is echter geen MTV-show. Ik open het raam – ze moet haar twerkroutine ietwat aanpassen maar het gaat – en vraag haar of ze geen badjas of zo wil lenen. Ze antwoordt niet maar steekt haar tong zo ver mogelijk uit haar mond. Ik sluit het raam en ga in mijn keuken koffie zetten.

In mijn keuken zit Gordon te lachen. Hij lacht en lacht en lacht. Hij slaat op zijn knie en buldert. Kloddertjes haarvet vliegen door de keuken. Mijn keukentafel trilt van zijn lach. Ik zet de waterkoker aan en loop de woonkamer binnen. Daar zit Tom Cruise in zijn handen te klappen en op mijn bank op en neer te springen. Ik ga ernaast zitten en probeer het vroege journaal te kijken. Tom’s gespring leidt echter af en achter mij hoor ik, tussen de lachbuien van Gordon door, de waterkoker afslaan. Goed. Dan maar koffie.

Ik neem de koffie mee naar boven en zet die op mijn bureau. Om mezelf werk te besparen open ik nogmaals het raam en spuit wat ruitenreiniger op het glas. Miley twerkt verder de ruiten wel schoon. Ik staar uit het raam en zou willen dat er eens wat gebeurde in mijn leven.

 
« Older posts

© 2024 KutBinnenlanders.nl

Theme by Anders NorenUp ↑