Om 06:06 schrik ik wakker van het geweld buiten en de windstoten tegen het raam. Buiten stormt het, de regen striemt m’n slaapkamerraam, het regenwater loopt in stroompjes langs het raam weg. Het is de herfststorm die was voorspeld door de meteorologen. Wanneer ik in mijn nog donkere kamer door het venster naar buiten tuur zie ik in de duisternis de silhouetten van de bomen hevig door elkaar geschud worden. In die bomen, weet ik, heeft een eksterpaar hun nest. Zullen ze nu thuis zijn?, vraag ik me stilletjes af. Of hebben ze een beter beschutte plek opgezocht?
Mijn gedachten dwalen af en ineens ben ik weer 16 jaar oud en ik word ruw gewekt door de onverbiddelijke wekker op m’n nachtkastje, het alarm krijst genadeloos door m’n tienerkamer. Het is tijd voor m’n krantenwijk. Ik bezorg het Brabants Dagblad, een ochtendkrant, in een aangrenzende wijk. Buiten stormt het hevig. Mijn heerlijk zachte en warme bedje is erg verleidelijk en nodigt me uit te blijven liggen. De gedachte dat ik even later met de slaap nog in m’n ogen de krant moet bezorgen, in weer en wind, wordt met de seconde minder aantrekkelijk. Heel even schiet de gedachte door m’n hoofd om Jan, de krantenverdeler, te bellen en mezelf ziek te melden. Maar ik weet al direct dat hij zo’n plotselinge ziekmelding zou wantrouwen; zeker met dít weer. Met het lood in m’n schoenen kleed ik me aan en begeef me naar de krantenverdeelplaats.
Wanneer Jan me ziet, zie ik iets van opluchting op zijn gezicht. “Gelukkig, jij bent niet ziek”, zegt hij. “Ik heb al drie ziekmeldingen gekregen!” Ik haal m’n schouders op en begin met de grootst mogelijke tegenzin ooit aan m’n krantenwijk in de stromende regen terwijl de wind me een paar keer bijna van m’n fiets blaast. Bah, ik haat deze krantenwijk!, denk ik bijna hardop in mezelf. Een aantal kranten zijn doorweekt wanneer ik ze door de brievenbus probeer te proppen. Mensen beseffen niet hoe vernietigend brievenbusborstels zijn wanneer de krant vochtig is. Ik maal er niet te erg om, wetende dat ik de volgende dag toch ook wel weer klachten zal terugvinden op de pakbon bij mijn stapel kranten. Abonnees die klagen over een natte of gescheurde krant. Ze weten toch dat het regent en dat zij zelf van die klotige brievenbusborstels hebben!?
Ik kom terug uit m’n gedachte, ik ben al lang geen 16 jaar meer en ik ben dolgelukkig dat ik nu niet met dit weer naar buiten hoef. Deze herfststorm was reeds dagen geleden voorspeld en dus heb ik mijn voorzorgsmaatregelen getroffen door onder andere mijn boodschappen allemaal al in huis te hebben gehaald. Even voel ik wel mee met de krantenbezorgers die nu nog door de donkere straten rijden. Zij worden genadeloos gegeseld door de wind en zijn vast doordrenkt door de hevige regenval. Met een zware fietstas op hun bagagedrager rijden zij door Tilburg en ook zij zullen natte en gescheurde kranten bezorgen.
Geef een reactie