Een wat oudere column (2012) die ik toch nog graag wil delen met de lezers.
Zojuist stond een klein lief meisje bij mij aan de deur om kinderpostzegels te verkopen. Volgens mij schrok het arme kind zich een hoedje!
Thuis loop ik graag op blote voeten, in comfortabele kleding. Dit betekent: een lange boxershort en een t-shirt. Daarnaast ben ik ook nog eens ongeschoren en heb ik dus inmiddels een aardige baard gekweekt. Vóór mij staat een meisje van waarschijnlijk een jaar of acht, met een klein rond brilletje op, erg verlegen dat met een piepstemmetje vraagt: “wilt u kinderpostzegels kopen?”
Dan besef ik mij ineens hoe ik eruit zie. Voor het kind moet ik een soort van ongelukkige kruising zijn tussen een hobbit en een grottrol. Terwijl ik voorover buig om beter oogcontact te maken met het meisje en ik m’n stem een paar octaven omhoog gooi, dwalen m’n gedachten af en zie ik mezelf weer rondlopen met die postzegels. Ook ik was vrij timide, althans wanneer ik in contact kwam met vreemden, ik vond het vreselijk die postzegels maar weigeren is eigenlijk nooit een optie geweest. Ook ik kon mij goed herinneren dat m’n hart altijd sneller ging kloppen als ik ergens had aangebeld en ik dan binnenshuis al deuren hoorden slaan of een hond hoorde blaffen en een schim door de diverse ruiten richting de deur zag lopen. Telkens was het weer even die schrik wegbijten, vooral bij een grote wat woest uitziende man. Nu ben ík die woest uitziende man!
“Wilt u kinderpostzegels kopen meneer?” vroeg het meisje met een piepstemmetje. Mijn moeder wil altijd kinderpostzegels kopen, dus ik had sowieso al de intentie om bij de eerste de beste verkoper postzegels te bestellen. Enigszins verbaasd slaat ze haar map open en vraagt me, “welke postzegels wilt u bestellen meneer?” Ze laat me een overzicht zien van de diverse postzegelvellen met als laatste optie het postzegelvel met daarop de drie A-tjes, oftewel Catharina-Amalia, Alexia en Ariane, de jongste prinsesjes van Oranje, oftewel de dochters van Lex en Max. Mijn moeder wilde graag de zegels met de prinsesjes erop, kennelijk was ze bevangen door een vlaag van plotseling monarchisme en vaderlandsliefde. Dus ik zeg tegen het meisje, “bestel maar twee velletjes met de prinsesjes voor mij!” Het meisje kriebelt haar naam op een bestelformuliertje, waarop ik vervolgens m’n gegevens invul. Ik geef het formulier en de pen terug aan het meisje, weet zelfs een glimlachje op m’n gezicht te toveren en het kind lijkt van de ergste schrik te zijn bekomen.
Wanneer ze dan haar administratie heeft afgerond, dit houdt in dat ze het formuliertje even opbergt en mij een soort van bewijsje heeft gegeven dat ik boven m’n deurbel kan plaatsen. Bedankt ze me voor de bestelling en neemt afscheid, ik wens haar nog veel succes met de verkoop. Vervolgens zie ik dat ze met het lood in haar schoenen richting de voordeur van m’n buurman loopt en terecht! Want hij is zeker wel een bullebak en zij weet dat nog niet! Als ik met een stukje plakband het bewijsje boven m’n deurbel plak hoor ik m’n buurman met verheven stem tegen het meisje zeggen: “nee, ik doe niet mee aan die onzin!” Waarop ik de deur hoor dichtvallen en het meisje mij weer voorbij loopt. “Trek je maar niks aan van die vervelende oude man! Hij is een grote flapdrol!” Waarop ze even moest grinniken, waarachtig heb ik toch een meisje laten lachen vandaag.
Geef een reactie