Het onmogelijke en het onooglijke ontmoeten elkaar net niet in de belastingvrije zone van een luchthaven. Het zou ook een stationscafé kunnen zijn. Beiden zijn ze onderweg, ja zelfs ergens naartoe.

Ze herkennen elkaar vaagweg, groeten heel even en gaan dan hun weg verder. Ze hebben elkaar niets te vertellen. De eerste heeft geen leven, de tweede wel maar het stelt nauwelijks iets voor.

Ze gaan gekleed in eendere kleurloze ja zeg maar grijze confectiepakken, dragen een wit hemd en een gekleurde dag. Hun schoenen zijn gepoetst.

Hier zitten ze, elk aan een tafeltje, koffie te drinken, in afwachting dat hun vlucht vertrekt.

Wie weet nemen ze eenzelfde vlucht. Wie wil dat dan wel weten?