Vliegtuigen doorboren doorgaans het wolkendek om daarboven hun weg voort te zetten (1). De achterblijvers op de grond hebben het nakijken.
Daar precies zeg je zoiets, het nakijken. Hoe we zelden nakijken: wat kunnen die hoogvliegers ons maken?, tot we zelf in zon’ toestel zitten en het wolkendek rustig doorboren.
De maatschappijen die vliegtuigen beheren, doen vliegen, opstijgen en landen, doen er alles aan om ons zo gerieflijk mogelijk te laten zitten, zonder ook maar een ogenblik te moeten denken aan het doorboorde wolkendek.
De routinereiziger valt zelfs in slaap bij die doorboring. Het wolkendek zelf sluit zich telkens weer. Niets aan de hand, hoor.
- Fijnproevers, herhaal deze zin een paar keer en proef ze; ze smaakt toch wel heel lekker?
Geef een reactie