De firma waar ik eind jaren 1970 werkte, ‘deed’ in mensenrechten, was multinationaal, telde vierenveertig lidstaten of filialen, hield eenmaal per jaar een algemene vergadering in een van de lidstaten. Dat jaar was ons land aan de beurt.
De organisatie liep gesmeerd, we konden al eens improviseren, een vergadering meepikken en kregen na afloop van het volgende gastland te horen: ‘Het wordt voor ons moeilijk dit te evenaren’. Ik was toen nog behoorlijk groen achter mijn oren.
Een week lang vergaderen en op dag acht persconferentie. We waren op dag zeven aan het opruimen, de laatste vergadering zat er op, het was middag. Ineens stond daar een trio waarvan een man een reuzencamera vasthield als gold het een mitrailleur. Ze spraken Frans. RTBf. ‘Middag. We zijn van het televisiejournaal. Uitzonderlijk hebt u recht op drie minuten in onze uitzending vanavond. We willen uw secretaris-generaal spreken’.
Ik besloot dat uitzonderlijk recht met voeten te treden. ‘Die drie minuten zijn uw zaak. U komt te laat. Donderdag was er ’s avonds een vergadering die open stond voor beleidslui en journalisten. Jullie waren er niet en toch had ik ook jullie uitgenodigd. Ingerukt’. (Cassez-vous)
Zienderogen en –oren daalde de toon en hun gestalte; hun knieën werden van de weeromstuit soepel. Ze bogen. ‘Zou het toch mogelijk zijn hem te spreken?’ ‘Kom morgen na de persconferentie. Ik zou niet weten waar hij nu is. Aan het laatste middagmaal? Al op weg naar Brussel? Zijn kamer aan het opruimen?’
Toen gingen ze helemaal door de knieën. Ze stapten ootmoedig uit hun hoge toren en daalden af. ‘Neem wat beelden van het decor hier, we zijn het aan het afbreken’. En ik zocht en vond de secretaris – generaal die hen te woord stond. Hogetorenmentaliteit. Treurbuisgespuis. Grenzen overschrijden is zo gebeurd. Ze terugdringen achter die grenzen daarentegen
Reactietjes