Het lag meteen voor de hand, zo voor het grijpen. Ik bukte me echter niet. ‘Laat maar vallen’, dacht ik.

Ik ging het hoekje om maar kwam toch op mijn stappen terug.

Het lag er nog altijd. Ik stak de weg over niet zonder naar links (en naar rechts) te kijken. Auto’s rijden hier immers rechts.

Toen ik uitgekeken raakte op het landschap met paarden en maïs, bereikte ik de kom. Die was zo goed als bebouwd. Het stuk metaal voelde inmiddels warm aan in mijn zak.

 

 
Marc Tiefenthal
Marc Tiefenthal
In tijden van toenemende verdomming en groeiend nationalisme is het gepast, ha, erop te wijzen dat Marc Tiefenthal gemakkelijkheidshalve kan worden gecatalogeerd als Belgisch dichter, die zowel in het Nederlands als het Frans schrijft. In diezelfde context, stijgende verdomming en toenemend nationalisme, vraagt menigeen zich af waar de dichter verblijf houdt. Daar hij op twee plaatsen in de wereld verblijf houdt, dit is bilokaal woonachtig, heeft hij op het Groot Smoelenboek van de heer Sukkelberg, voor de lol Bobigny als woonplaats opgegeven. Kom hem daar maar niet bezoeken. Evenmin als in Menen, Ieper, Leuven, Bossière, Brussel, Antwerpen noch Temse, waar hij ooit gewoond heeft.